Na de rechtsvraag van Henk van Wel van Hoeberechts Advocaten weten we inmiddels hoe enkelen van U zouden berechten.
Hier volgt het vonnis van de rechter:
Volgens het vonnis van de rechter (http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2016:2640) had het gesprek betrekking op betaling van werkzaamheden die Wim in opdracht van het bedrijf had verricht en was het dus een zakelijk gesprek en niet een vertrouwelijk gesprek.
De rechter zag niet in waarom het feit dat Wim een zakelijk gesprek waaraan hij deelneemt en dat hij heimelijk heeft opgenomen, met zich mee zou brengen dat die opname onrechtmatig is verkregen. Strafbaar is het opnemen van een dergelijk zakelijk gesprek door een gespreksdeelnemer zonder waarschuwing aan de andere gespreksdeelnemer niet. En gelet op de belangen van Wim – het betrof hier een vordering van behoorlijke omvang – kan niet zonder meer worden gesteld dat het opnemen van het onderhavige zakelijk gesprek zonder dat de andere deelnemer is meegedeeld dat het gesprek wordt opgenomen, in strijd is met hetgeen Wim in het maatschappelijk verkeer betaamt.
Wim mocht de bandopname dus gebruiken voor zijn bewijslevering.
Dit was de rechtsvraag:
https://www.weertdegekste.nl/2017/01/hoe-berecht-u-heimelijke-opname-tijdens-gesprek/