Wat ruim tweehonderd jaar geleden mede door Napoleon werd ondergeschoffeld, ziet binnenkort wellicht opnieuw het daglicht. Tijdens grondradaronderzoek in opdracht van geschied- en oudheidkundige kring De Aldenborgh zijn onlangs fundamenten ontdekt van de 16e-eeuwse kloosterkerk van Maria-Wijn¬gaard aan de Maasstraat, het oudste klooster van Weert (1442).
Zand erover
De eerste steen van deze kloosterkerk, die de huiskapel van de nonnen van Windesheim moest vervangen, werd in 1525 gelegd door graaf Jacob III van Horne. Toen de bouw in 1539 werd voltooid, sprak men al snel van de ‘Hoogh Kerck’.
Uit de roemruchte kroniek van zuster Maria Luyten weten we ook dat de kerk werd ingewijd door Gedeon van der Gracht, wij-bisschop van Luik, in aanwezigheid van graaf Johan van Horne, de stiefvader van Filips de Montmorency. Het bouwwerk staat ingetekend op de oudst bekende kaart van Weert, in 1570 door Jacob van Deventer gemaakt in opdracht van Filips II. Toen de Franse overheerser eind 18e eeuw alle kloosters sloot en de religieuzen verjoeg, raakte de kloosterkerk snel in verval. Deze werd in 1836 zelfs gesloopt. In 1843 kwamen de zusters birgittinessen vanuit het Brabantse Uden naar Weert om hun intrek te nemen in het verlaten klooster waar van de kerk niets meer te zien was.
Middeleeuwse schatkamer
Zand erover, dat leek ook te gelden voor de Weerter herinnering. Tot grondradaronderzoek op 13 juni jl. in de tuin van de birgittinessen een deel van de oude fundamenten aan het licht bracht. Aldenborgh-voorzitter Peter Korten: “In en om deze kloosterkerk zijn destijds niet alleen nonnen, maar ook notabelen uit Weert begraven. Zo ook gravin Amalia van Horne, de zus van de graven Jacob III en Johan van Horne, die tot haar dood in 1562 zuster was in de kloosterorde van Windesheim”.
Wie weet wie hier mogelijk nog meer ligt. Filips van Horne, de Heer van Weert van wie we volgend jaar de onthoofding 450 jaar geleden herdenken…?’ Maria Luyten schrijft in haar kroniek dat het stoffelijk overschot van Filips op 23 juni 1568 van Brussel naar Weert is overgebracht en ‘terstondt binnen één uure in de Hoogh kerck begraven; want hij hat 19 daegen boven aerde gestaen, maar hij was twee reijsen gebalsemt.’
De sterk verwereldlijkte orde van de birgittinessen die nu bewoonster is van het klooster aan de Maasstraat in Weert wil alle medewerking verlenen aan nader onderzoek naar de nu ontdekte middeleeuwse schatkamer in hun tuin pal achter de Martinuskerk. Wordt vervolgd…