Het Openbaar Ministerie (OM) heeft een gevangenisstraf van vijf jaar geëist tegen de 33-jarige Mark M. uit Weert. Ook wil het OM dat hij tien jaar lang geen publieke functies mag vervullen. De voormalige medewerker van de politie wordt onder meer verdacht van schending van het ambtsgeheim, computervredebreuk, omkoping, deelname aan een criminele organisatie en witwassen. De zaak is voor een breed publiek bekend geworden als de zaak van de politiemol.
Lekken van vertrouwelijke informatie
Een 50-jarige medeverdachte hoorde een straf van drie jaar tegen hem geëist worden. Hem wordt het medeplegen van het schenden van het ambtsgeheim verweten. Ook vindt het Openbaar Ministerie (OM) dat hij een forse gevangenisstraf verdient vanwege onder meer deelname aan een criminele organisatie, omkoping en witwassen.De hoofdverdachte was een aspirant-agent uit het Limburgse Weert. Het OM verdenkt hem van het jarenlang lekken van vertrouwelijke informatie. Hij keek in drie jaar tijd talloze malen in het politiesysteem. Hij werd daarvoor betaald. Deze informatie werd onder meer door de medeverdachte gebruikt. Hij speelde het door in het criminele (drugs)circuit.
Omkoping
Op 18 februari 2018 legde rechtbank al gevangenisstraffen op van vijf en drie jaar. Vijf jaar voor de hoofdverdachte, drie jaar voor de medeverdachte. Zowel de verdachten als het OM gingen in hoger beroep.De rechtbank en de officier van justitie in hoger beroep, de advocaat-generaal (AG), verschillen niet van mening over de hoogte van de straffen voor de twee verdachten. Wel is er een meningsverschil over het bewijzen van de omkoping. Het OM vindt dat het aannemen van geld door de hoofdverdachte bewezen kan worden. Daarnaast vindt de AG dat de medeverdachte de hoofdverdachte heeft betaald voor geheime informatie.
“Wat hem daarnaast ook aan te rekenen is, is dat hij niet in wil zien dat hij fout is geweest. Hij wijst naar anderen, hij ziet zichzelf als het slachtoffer. Hij ontkent tegen beter weten in. En vervolgens zwijgt hij.”
Kan niet anders
Dat blijkt onder meer uit een verklaring van een getuige, het feit dat de hoofdverdachte in de zaak over onverklaarbaar veel vermogen beschikt en het feit dat er veel informatie uit de systemen van de politie is gehaald. Ook is op grote schaal politie-informatie gevonden bij de medeverdachte. Tenslotte lag in het huis van die medeverdachte een bedrag van zo’n 230.000 euro aan contanten. Volgens de AG kan het niet anders dan dat er zowel actief als passief is omgekocht. “De conclusie is dat er voldoende wettig bewijs is voor de omkoping.”
Verste verte
In het hoger beroep wordt door de verdediging onder meer opgeworpen dat de verklaringen van de hoofdverdachte op een onwettelijke manier zijn verkregen. Volgens de verdediging zou de man door een undercover-agent op een ongeoorloofde wijze zijn verhoord. Zonder de waarborgen die daarvoor normaal gelden. De AG vindt met de rechtbank dat daar in dit geval geen sprake van is. “In de verste verte niet.”
Schaamteloos handelen
De hoofdverdachte, die via een videoverbinding vanuit Oekraïne aanwezig was bij de zitting, heeft volgens de AG het vertrouwen en het aanzien van de politie ernstig geschaad. Daarom is een lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf nodig om zijn schaamteloze handelen af te straffen. “Als signaal naar elke andere (politie)ambtenaar die overweegt zijn positie voor eigen gewin te moeten misbruiken. Wat hem daarnaast ook aan te rekenen is, is dat hij niet in wil zien dat hij fout is geweest. Hij wijst naar anderen, hij ziet zichzelf als het slachtoffer. Hij ontkent tegen beter weten in. En vervolgens zwijgt hij.”
Afgelopen vrijdag eiste het OM al tegen twee andere medeverdachten gevangenisstraffen van twaalf en acht maanden in deze zaak.