Écht Indonesisch eten, dat kun je op nog maar heel weinig plaatsen krijgen. Maar wel in de Muntpassage in Weert: bij Toko Bharû. Al 27 jaar staan Bram en Marjo hier in de keuken om klanten uit de wijde omtrek te laten genieten van hun Indonesische gerechten. Als ze tien jaar jonger zouden zijn, dan zouden ze het ook blijven doen. Maar het is tijd voor pensioen. Daarom zijn ze op zoek naar iemand die hun succesvolle zaak, inclusief authentieke recepten, met net zoveel enthousiasme wil voortzetten.
Tijd voor pensioen
“We hopen iemand te vinden die we dan een maand kunnen assisteren om het voort te zetten zoals wij het doen. Als diegene daarna toch zijn of haar eigen draai eraan geeft is dat geen probleem, maar we willen het sowieso heel goed lopend overdragen”, zo vertelt Bram. Hij en zijn vrouw Marjo zijn 27 jaar geleden enthousiast begonnen en hebben al die jaren met veel plezier in de toko gewerkt. “Natuurlijk is het wel arbeidsintensief, dus gaan die jaren nu hun tol wel eisen. We zijn oud genoeg om met pensioen te kunnen en te willen, maar we zouden het héél fijn vinden om ons ‘kindje’ toch nog te zien doorgaan.”
Dat ‘kindje’ werd 27 jaar geleden geboren, onder de naam Toko Bharû, wat ‘nieuwe winkel’ betekent. Inmiddels is de toko in de Muntpassage allesbehalve nieuw: een gevestigd begrip in Weert en de wijde omtrek. Klanten komen van heinde en verre om te genieten van de Indonesische gerechten uit de keuken van Marjo. “Mijn vrouw heeft het echt helemaal in de vingers”, aldus Bram.
Indonesisch met een Thais tintje
Marjo is geboren op Sumatra, in Indonesië, maar haar voorouders waren Thais. “Indonesisch met een Thais tintje. dat vind je in de gerechten terug. We hebben best wel pittig eten. Onze basisgerechten zijn niet pittig, maar de groente- en vleesgerechten, de bijgerechten, die zijn er in verschillende varianten.” En dan is er ook nog de winkel, met daarin onder andere zelfgemaakte sambal. “Er zijn ook mensen die hier alleen maar sambal komen halen. Die is niet alleen heel smaakvol, maar ook heel pittig. Daar maken mensen ook thuis gerechten van. Het zou heel jammer zijn als dat verdwijnt.”
Zo kunnen liefhebbers van de Indonesische keuken bij Toko Bharû terecht voor zowel vers bereide gerechten als ingrediënten om zelf de keuken in te duiken. “Je hebt voor heel veel dingen die in de wok gaan een boemboe nodig: dat is een basis van sambal met allerlei verse ingrediënten, kruiden daarin. Maar de echte boemboe, die maak je nog steeds met gebruik van blaadjes. Met salamblad, jeruk purut en sereh – een hele stengel die je bewerkt voordat die erin gaat en er ook weer uithaalt als het klaar is. Je kookt echt met de authentieke ingrediënten.”
Bovendien wordt alles in de Indonesische keuken, en dus in de keuken van Toko Bharû, met de hand gesneden: “Als je bijvoorbeeld boontjes tumis maakt, dan haal je de topjes allemaal met de hand van de boontjes en snijd je ze daarna mooi schuin op maat. Je maakt het snijoppervlak van de boontjes zo groot mogelijk, zodat de kruiden beter in de boontjes worden opgenomen dan wanneer je ze op Hollandse wijze gewoon afhakt. Wist je dat Indonesiërs zelfs anders snijden dan wij hier gewend zijn? Ze snijden letterlijk van zich af. Dat heeft ook met de cultuur en het karakter van de mensen te maken: ze zijn meer bereid om te geven dan alles naar zichzelf toe te halen.”
Helpende hand
Ook Marjo en Bram geven graag. Ze willen er alles aan doen om hun opvolger te helpen de kwaliteit waaraan hun klanten de afgelopen 27 jaar gewend waren te waarborgen. “Alle receptuur kunnen we overdragen, en dan niet alleen op papier. Nasi en bami – dat is niet zo moeilijk. Maar als je speciale vlees- en groentegerechten wilt bereiden, dan komt dat heel nauw. Dat moet je wel in de vingers hebben.”
Daar helpen de huidige eigenaren van Toko Bharû je graag bij “We zijn bereid diegene in te leren en te helpen, ook op de langere termijn. Omdat we bereid zijn iemand die echt serieus is een helpende hand toe te reiken. Als we dat allemaal doen, dan wordt de wereld een heel stuk mooier.”
Klantvriendelijke kok
Vrijwel alles valt te leren, aldus Bram. “Je hoeft alleen maar een enorme drive hebben om lekker te koken en klantvriendelijk te zijn. Als je over die vaardigheden beschikt, dan moet het kunnen lukken.”
Zo begonnen Marjo en twee van haar zussen 27 jaar geleden immers ook. Geïnspireerd door hun moeder doken de drie de keuken in om de Weertenaren te laten kennismaken met hun Indonesische keuken met een Thais tintje. Inmiddels is één van die zussen al overleden, net als een andere zus van Marjo. Zelf heeft ze, net zoals een van haar overleden zussen, hartproblemen. “Dat gaat je op een gegeven moment wel aan het denken zetten”, zegt Bram. “Zo heb ik ook een broer in Canada en daar zijn we 25 jaar niet geweest. Elkaar weer eens echt ontmoeten, dat is een grote wens. En hoe langer je wacht met stoppen met dit intensieve werk, des te minder kansen je krijgt om die wens in vervulling te laten gaan.”
Interesse?
Wie interesse heeft om de bloeiende Toko Bahrû voort te zetten, is van harte welkom om eens binnen te wandelen. Bram en Marjo nodigen je van harte uit voor een gesprek om de mogelijkheden af te stemmen. “Het zou fantastisch zijn om er samen iets moois van te maken, daar kijken we naar uit.”