Op 15 juli aanstaande start Lennart Willems als de nieuwe conservator/coördinator van Museum W in Weert. Hij volgt John van Cauteren op, die dan met pensioen gaat. Om een ‘warme overdracht’ mogelijk te maken is Willems al op 1 maart jongstleden aangesteld. Zodoende wordt de waardevolle kennis over de museumcollectie overgedragen op een nieuwe generatie.
Willems wordt verantwoordelijk voor het museaal beleid, beheer en behoud van de bestaande collectie en tevens voor het aanvullen van de verzameling. Ook zal hij onderzoek doen naar de museumstukken en daarover publiceren. Verder is hij verantwoordelijk voor het gebouw als monument en coördinator van het museumteam. Lennart Willems (1990) studeerde kunstgeschiedenis aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, werkte eerder als docent voor diverse scholen en instellingen en als inventarisator/kunstconsulent voor het bisdom Roermond.
Een omvangrijke collectie
Het fundament van Museum W is de rijke collectie en de waardevolle kennis daarover. Het kloppend hart van de collectie heeft door zijn historische oorsprong twee gezichten: regionaal en religieus. De religieuze collectie bestaat onder meer uit hoogwaardige beeldhouwkunst, schilderkunst en kerkelijk zilver. De regionale geschiedenis van Weert en omgeving wordt inzichtelijk gemaakt door de verzameling van archeologische objecten zoals vuistbijlen, urnen en Romeins vaatwerk, maar ook door schutterszilver, stadskannen en vaandels.
De ateliercollectie van de Kunstwerkplaatsen Esser is een unieke deelcollectie van religieus zilver, die een belangrijke plaats inneemt in de stadsgeschiedenis. Via een onderzoek naar dit zilversmedenatelier raakte Willems al in 2012 gefascineerd door de kunstgeschiedenis van Weert en de collectie van Museum W.
Lennart Willems: “Werken voor Museum W is een droombaan, vanwege de rijkgeschakeerde verzameling. De zeldzame combinatie in de collectie van stadsgeschiedenis, religieuze en hedendaagse kunst zorgt voor verrijkende en afwisselende werkzaamheden. Ik ga mijn best doen om veel verhalen en objecten voor het voetlicht te brengen, zowel in het museum als in de stad en op de website.”