De rechtbank Limburg heeft besloten dat een woning in Weert niet gesloten hoeft te worden. De burgemeester van Weert had eerder besloten de woning voor drie maanden te sluiten vanwege de vondst van drugs, maar de rechter oordeelde dat deze maatregel niet langer noodzakelijk was.
De eigenaresse van de woning woont samen met haar twee meerderjarige zoons in de woning. Naar aanleiding van een melding bij het Team Criminele Inlichtingen (TCI) van de Politie Limburg op 1 juli 2023, werd op 2 juli 2023 de woning doorzocht. De melding gaf aan dat er een aantal kilo’s cocaïne en hennep aanwezig zouden zijn en dat er plannen waren om deze partij vanuit het criminele circuit te rippen.
Tijdens de doorzoeking op 2 juli 2023 trof de politie op de begane grond een grote tas aan met een zwarte strijkzak, waarin twee grote gripzakken met hennep en diverse kleine gripzakjes met hennep zaten. Daarnaast vond de politie drie boterhamzakjes met wit poeder, een doorzichtig bakje met lege gripzakjes, een zakje met hennepgruis en een kleine weegschaal met restanten wit poeder. Op de eerste verdieping werd een vol sealtje met cocaïne en een leeg sealtje gevonden, samen met een plastic bakje en twee kleine weegschaaltjes met restanten wit poeder. Op zolder werd een stroomstootwapen in de vorm van een autosleutel aangetroffen. In totaal vond de politie 2102 gram hennep en 79 gram cocaïne.
Op basis van deze vondsten besloot de burgemeester in september 2023 om de woning voor zes maanden te sluiten, later verkort naar drie maanden. De woningeigenaresse ging tegen dit besluit in beroep. De voorzieningenrechter stelde vast dat er geen handel vanuit de woning had plaatsgevonden en dat de drugs kort voor de huiszoeking door een zoon van mevrouw in bewaring waren genomen. Hij dacht dat het stroomstootwapen een aansteker was en had de drugs voor eigen gebruik. Er waren ook geen meldingen van overlast door buurtbewoners.
De rechter concludeerde dat de sluiting niet meer noodzakelijk was voor de bescherming van het woon- en leefklimaat. De drugs waren kort in de woning aanwezig en er was geen sprake van herhaling door reclasseringstoezicht op de zoon. Bovendien was de wijk rustig en waren er geen meldingen van overlast sinds de doorzoeking.
Het besluit van de burgemeester werd vernietigd, en de rechter bepaalde dat een waarschuwing voldoende was geweest. Hierdoor hoeft de woning niet te sluiten en kan mevrouw er blijven wonen.
Bekijk de volledige uitspraak via: https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBLIM:2024:2327